Vanmorgen gelezen dat er in het gebied rond Vinkenveen veel kerktorens uit het lood staan. Dat is niet de schuld van de zwerfduiven die er misschien bij de vleet wonen. Nee, de veenbodem is er terplekke zo sponsachtig dat deze Nederlandse Pisa-torens in de toekomst om kunnen donderen en kerkbesturen maken zich zorgen over de kosten van zoiets spectaculairs. En zorgen; daar kan ik over meepraten, al gaan die van mij maar over verdwaalde duiven. De laatste paar vluchten lopen niet op rolletjes. Van Le Mans en Sint Vincent kwam een flink aantal niet thuis. Op de laatste vlucht kwam een van de acht naar huis en tijdens de Duivenrace van het befaamde autocircuit botste mijn blauwe Bordeauxdoffer wellicht tegen een vangrail. ‘De 10’ kwam namelijk na 10 dagen ’s avond laat tegen 10 uur met een gat in zijn borst thuis. Zo verfrommeld en vermagerd dat zijn duivin hem de bak uit sloeg. Aan dokter Prikmans, mijn lijfduivenarts vroeg ik bezorgd of het nog ooit weer goed zou komen met dat gat en of de duif nog vliegprestaties zou kunnen leveren.
‘Dat gat groeit wel dicht, Uitham, en voor de rest zal de tijd het leren.’ Zijn goedmoedig gebrom stelde maar matig gerust. Een andere duif die op Le Mans miste, werd liefderijk opgevangen door een duivenman uit Nieuwerkerk aan de IJssel. Zijn naam is me ontschoten, maar ‘de 39’ is intussen weer thuis. Van Sint Vincent zat mijn ‘12’ bij meneer De Jong in Nieuw Vossemeer; dat had mijn duivin goed bekeken want in die omgeving zitten goeie lange – afstand – melkers en fondduiven. Ze werd uitstekend verzorgd en na een week een stukje op weg geholpen en in Breda losgelaten. Er zaten in die buurt wel nog meer gestrande Sint Vincentgangers. Van clubgenoot Mario zat er een in Moerstraten. Ook daar was een goed kosthuis en zijn duif werd zelfs helemaal naar Soest meegenomen en dus vlak bij zijn hok in Amersfoort losgelaten. Zo zijn er gelukkig nog altijd melkers die de moeite nemen om leeg gevlogen en uit de koers geraakte duiven te verzorgen. Ze doen dat onbaatzuchtig en lopen gelukkig niet meteen op een draf naar een Centraal hok. Met het gevolg dat jouw dierbare overnachtduif soms al in de Duiven-Opvang zit terwijl het concours nog openstaat. Ik heb het idee dat zoiets dit jaar ook minder voorkomt, maar dat kan optimistische verbeelding zijn. ‘Wishful Thinking’ zullen Engelse Melkers dan zeggen; ofwel de wens is de moeder van de gedachte.
© c.u.
Recente reacties