De marathonduivenwereld is niet groot, als je het allemaal relativeert. In Nederland wonen bijna 17 miljoen mensen. Hiervan spelen er nog geen 1.700 met marathonduiven (en nu ben ik optimistisch). Dat is 0,01%. De kans dat je een winnend staatslot koopt is 4.000 keer zo groot, dan als je een willekeurig iemand op straat een hand schud, dat hij of zij dit jaar op één van de marathonvluchten van de NPO of van de ZLU heeft ingemand. Waarom begin ik mijn artikel hiermee. De afgelopen twee weekenden had ik twee huldigingen van twee mooie organisaties in onze marathonwereld, Stichting Marathon Noord en de Fondunie 2000. Ik kreeg veel complimenten over de site, die u nu aan het lezen bent, dat is altijd mooi om te horen en dat stimuleert om nog een artikeltje extra te schrijven. Verder kreeg ik de vraag met welke artikelen ik bezig was. Ik noemde de naam van vader en zoon Wendel uit Assen en er waren er niet zo veel, die deze goede spelers uit het mooie Drenthe kenden. We zijn met weinig en toch kennen we onze betere spelers niet zo goed. Daar moet verandering in komen. Ook de kampioenen die minder bekend zijn, horen een podium te krijgen om hun verhaal te kunnen vertellen. De beurt is nu aan vader en zoon Wendel uit Assen en als u een heel goed spelende liefhebber in uw omgeving hebt, die de laatste jaren geen aandacht heeft gehad in de media, stuur mij een berichtje via het contactformulier op deze site met zo veel mogelijk gegevens. Dus niet alleen een naam, maar ook prestaties met aantal prijzen en aantal duiven mee. Ik ga kijken wat ik kan doen.

 

De liefhebbers

De combinatie J. & F. Wendel uit Assen bestaat uit vader Johan (49 jaar), van beroep gebouwbeheerder van een multifunctioneel pand (Het Schakelveld) te Assen en Fabian (23 jaar), van beroep afgestuurd basisschoolleerkracht, maar is momenteel bij huis.  Johan heeft duiven vanaf zijn 15e jaar. In die tijd ving hij een gewonde duif op. Hij deed de gewonde duif in het kippenhok van zijn vader. Toen de duif beter was, liet hij hem los. Na een paar dagen was de duif teruggekeerd op het kippenhok. Dat was de eerste ervaring in de duivensport van de man uit Assen. Johans zoon, Fabian, groeide op in een echte duivenmelkersfamilie. Naast zijn vader hadden en hebben zijn oom, beide opa’s en oom en tante postduiven. Zo ligt de besmetting met het ‘duiven-gen’ voor de hand. Johan begon als iedereen met krijgertjes van ‘Jan-en-Alleman.’ Een jaar na zijn start heeft Johan duiven gehaald bij S. De Haan uit Gouda. Hiermee haalde hij ook de successen in huis. Johan trouwde en kreeg een gezin. Toen Fabian wat groter werd, ging hij zijn vader steeds meer bijstaan in de duivensport.

Johan en Fabian hebben acht meter hok tot hun beschikking. In het vliegseizoen hebben de doffers twee afdelingen, de duivinnen 1 afdeling en de jonge duiven 1 afdeling. Bij de bouw van het hok is vooral gelet op de verluchting en het licht in het hok. Het is een Buitenhuis-hok, een beroemde hokkenbouwer in de vorige eeuw. Er zitten veel lichtpannen in het hok, waarmee zij de forme beïnvloeden.

Het hok gezien vanaf de wachtplaats edited

Het hok gezien vanaf de wachtplaats

Kampioenschappen en Topuitslagen

De laatste tien jaar hebben vader en zoon Wendel met de beste liefhebbers in de marathonwereld meegedaan. Zo waren ze over de seizoenen 2007-2008-2009 7e in de Nationaal Fondspiegel over alle marathonspelers van Nederland op de middaglossing. In de Afdeling 10 Noord Oost Nederland waren ze 2e Keizer Marathon in 2008, 2011, 2015 en 3e Keizer Marathon in 2014. In 2014 hadden ze de 2e en 4e duifkampioen Marathon vluchten van de Afdeling 10 en in 2015 4e en 7e duifkampioen Marathon vluchten. Dan mag je toch gerust zeggen dat je tot de beste marathonspelers van afdeling 10 en Noord Nederland behoort. In 2015 was hun mooiste vlucht Bergerac: Met een 9e en 12e in de afdeling 10 (40e en 47e nationaal) en 1e en 2e NIC Assen. Verder hebben Johan en Fabian dit jaar 19x een duif gezet op de overnachting, waarvan er 9x (goede) prijzen zijn gevlogen. Een mooi percentage van 47%. Eén van de prestaties waar de mannen uit Assen het meest trots op zijn, was in 2009: de 13e en een 19e nationaal St. Vincent met 2 broers tegen 1.702 duiven. Dat was genieten toen.

 

Stamopbouw

Johan en Fabian, uit welk soort duiven bestaat jullie huidige stam en van wie komen die duiven? Johan: ’De St. Vincent (95-499) van J. Keun uit Donderen zit momenteel door zeer veel kweek- en vliegduiven van ons heen. Hier hebben wij in het verleden en in het heden zeer veel succesen mee gehad. Ook is dit jaar nog weer een dochter aangeschaft uit deze doffer. Verder hebben wij via J. Keun duiven bemachtigd met in de stamboom vele bekende duiven van Gebr. Limburg en J. Jellema. Verder zijn wij dit jaar gestart met 3 duiven van Noel Peiren, alle drie kleinkinderen van ‘ De Nika.’ Dit zijn duiven met een hele andere bouw en karakter dan dat wij gewend zijn, toch wil Fabian het graag met deze duiven gaan proberen.’

Johan en Fabian vliegen met weinig duiven als je kijkt naar de meeste kampioenen. Volgend jaar, in 2016, starten ze met 17 vliegdoffers op weduwschap. Daarnaast hebben ze relatief veel kweekkoppels, namelijk tien koppels. In de kweek worden verschillende methodes gebruikt … kruisen en de goede lijnen bewaren met lijnenteelt en inteelt.

In 2015 zijn de vliegduiven niet gekoppeld, pas na het seizoen zijn ze voor het eerst samen gezet. Ze zijn het hele jaar op weduwschap gespeeld.

Mannen, hoe wordt er opgeleerd naar de belangrijke vluchten? Fabian: ‘Wij zijn nog steeds zoekende. In principe worden alle vliegers op het gehele programma gespeeld. Dit jaar zijn zelfs de doffers van 2013 de zaterdag voor de inkorving van St. Vincent op een dagfondvlucht geweest van 600km. We denken dat de 2-jarige (en oudere) vliegdoffers genoeg hebben aan een voorbereiding tot 300km op de zaterdag voor de inkorving van de eerste overnachting. En we gaan dit in de toekomst op deze manier proberen.’

Was de gezondheid van de duiven goed vanaf het begin, Johan en Fabian? ‘Ja, vliegen geen prijs op het programma, dit is voor ons dus geen indicatie. Want ze krijgen zeer veel reserves mee op de kortere vluchten. Vanaf midden juni kwamen de duiven beter in forme. We beïnvloeden dit doormiddel van licht. Zes week voor de eerste overnachting komen ze volop in het licht. Daarvoor worden ze zeer donker gehouden.

 

… Wordt vervolgd …