2018 was voor Angelo van der Veeken een stabiel seizoen. Hij zat er bijna op elke vlucht goed bij en dat leverde hem het Marathon Kampioenschap bij de FBZ op. De laatste 10 jaar doet Angelo met de besten mee in zijn thuisprovincie Zeeland, maar ook nationaal op de ZLU-vluchten. Onze Vrachtwagenchauffeur uit Clinge heeft al sinds de jaren ’80 van de vorige eeuw een eigen stam, waarmee hij tegen iedereen de concurrentie aan kan gaan. Een compliment waard en natuurlijk een reportage op Het Marathonduivenjournaal.

De liefhebber
De hoofdrolspeler van deze reportage is Angelo van der Veeken uit Clinge. Een dropje die valt onder de gemeente Hulst, in Zeeuws Vlaanderen. In dit Nederlandse deel van Vlaanderen zitten natuurlijk meerdere goede liefhebbers. We mogen natuurlijk Wim Kooreman, Martin de Poorter, Jaap van der Velden en Frederic Leliaert niet vergeten in deze context. Vroeger hadden we natuurlijk ook nog Staf Dusarduyn uit Groede, waarmee ik wil zeggen dat Zeeuws Vlaanderen een rijke historie heeft in de duivensport en vooral in de marathondeel van onze hobby. Angelo is inmiddels 54 jaar en van beroep vrachtwagenchauffeur. Opa was de oorzaak dat Angelo met duiven is begonnen. In de jaren ’80 van de vorige eeuw kwamen de eerste marathonduiven naar zijn tuin in Clinge. Deze waren van plaatsgenoot Chef van den Branden. Deze liefhebbers heeft alles gewonnen op de grote fondvluchten in de jaren ’60, ’70 en ’80. Zo won hij de Europabeker, Marathonkampioenschappen bij de ZLU met veel kopprijzen. De toppers in die jaren kwamen over naar Zeeuws Vlaanderen om duiven van Chef aan te schaffen. Deze duiven werden ook de eerste basis van de stam van Angelo. Deze duiven werden gekruist met duiven van het soort van Jan Theelen. Daar kwamen duiven bij van Luc van der Gucht uit Hulst, de familie Houtekamer, Martha van Geel en Wim Muller.
De duiven hebben de beschikking over verschillende hokken. Een hok van 6 bij 2 meter is voor de kwekers, jaarlingen en jonge duiven. Een hok van 3 bij 3 meter met een buitenren van anderhalve meter over de hele lengte is voor de oude vliegduiven. Dit zijn 25 koppels nestduiven.

Het seizoen
De kweekduiven van Angelo bestaan uit 4 doffers en 8 duivinnen. Dit zijn voormalige goede vliegers, die de kans krijgen om goede kwekers te worden. Dat lukt regelmatig gezien het aantal goede duiven die deze stam al jaren voorbrengt. De basis is goed maal goed. Naar soorten wordt niet gekeken. Het is immers in ruim dertig jaar een mooie eenheid geworden.
Het vliegseizoen wordt gestart met 25 oude koppels en een 30 jaarlingen. De vliegduiven worden naar de vluchten toe gekoppeld. Bijvoorbeeld Pau (meestal gaan daar 4 koppels heen). Deze worden 18 dagen voor inkorving gekoppeld, zodat ze op 10 dagen broeden worden ingemand. Zo gaat het het hele seizoen door. De favoriete neststanden zijn 8 tot 12 dagen broeden of 4 tot 6 dagen jongen. Er word niet gekweekt uit de vliegduiven voor het vliegseizoen om de pennenrui te remmen. De duiven van Perpignan hebben dan nog een volle vleugel als ze worden gespeeld op deze laatste vlucht van het jaar.
In het begin van het seizoen gaan alle duiven vanaf de eerste opleervlucht mee. Ze maken genoeg kilometers (1.000 tot 1.500) voordat ze hun eerste ZLU of andere Marathonvlucht krijgen. Dit seizoen waren de duiven vanaf het begin in ‘goede doen’. Ze vlogen zelfs prijsjes op de kortere vluchten. ‘Dat is een teken dat het ritme er goed in zit’, vindt Angelo. Op St. Vincent van de NPO en Pau werden gelijk vroege duiven gedraaid. Dat ging zo lekker door tot het einde van het seizoen. Angelo: ‘Het gekke is, dat ik op de allerlaatse vlucht vanuit Perpignan weer één van de betere uitslagen van het seizoen had. Dat verwacht je niet, als het in het begin ook al goed gaat.’

Een paar toppertjes
‘De 461’ van 2014 won de 7e nationaal St. Vincent in sector 1 tegen 5.879 duiven. Van heel Nederland was hij de 18e tegen 12.440 duiven. Deze duif is voor het overgrote deel van het Oude Jan Theelen soort. De moeder komt via Marco Houtekamer. De vader van deze kopvlieger won zelf de 115e nationaal Tarbes en de 70e nat. St. Vincent. Beide waren dit NPO middaglossingsvluchten.
‘De 919’ van 2011 werd de 8e Internationale Asduif Barcelona over de jaren 2015 en 2016. Hij was de 2e Nederlandse duif in de rangschikking. Over de jaren 2015, 2016 en 2017 werd hij 12e nationale Asduif van Nederland. Met nog een jaartje erbij 2015, 2016, 2017 en 2018 werd deze duif 4e nationale Asduif van Nederland op de Koningsvlucht Barcelona. Hij heeft als achtergrond de Muller-duiven (o.a. The Powerboy). Hierin is het soort van Jean Hausoul gekruist.

Het systeem
Angelo voert de duiven voer van het merk Versele Laga. In de aanloop van het seizoen is dat 50% Gerry Plus en 50% Champions Plus (de vliegmengeling). Dit houdt de man uit Clinge het hele vliegjaar vol. Uitzondering hierop zijn de laatste drie voerbeurten voor inkorving. Dan krijgen ze 80% Champions Plus met 20% Energy Plus. Elke zondag krijgen de duiven lijnzaadolie, visolie, vitamine … droog gemaakt met wat vitamineral door en over het voer.
In januari krijgen de duiven de paramixo-enting. Vier weken voor de eerste marathonvlucht krijgen de duiven een geelkuur van 5 dagen. Iets tegen ornithose krijgen ze alleen als het nodig is. Het enige wat verder nog medisch wordt gedaan is een behandeling tegen pokken bij de jonge duiven. Hier doen de duiven het mee. De prestaties zijn prima en dat kan dus op deze eenvoudige manier. Altijd goed om te lezen!
Zelden worden de duiven gecontroleerd door een dierenarts. Soms een mestonderzoek als het wat minder lijkt, maar ook dan is er al meer dan 15 jaar niets gevonden.
Angelo: ‘Antibiotica is funest voor de duiven. Ik verzuur iedere dag het water met spul uit de fles van Jan Smit. Dit houdt mijn duiven strak, vind ik. Ik denk dat ik hierdoor ook geen medicijnen nodig heb. Zoals ik al zei antibiotica is funest, zeker voor de vorm in het vliegseizoen. Dan kan je goede uitslagen vergeten!’

… wordt vervolgd …