Twee jaar geleden baarde de comb. Binnemans-van de Weyer opzien door op Barcelona een sterke uitslag neer te zetten. Dit doen wel meer liefhebbers af en toe, zult u zeggen. Echter ging het hier om een combinatie die de tientallen jaren ervoor vooral furore maakte op de kortere vluchten. Het is daarom bijzonder dat vrij snel na de start van een hokje met marathonduiven de eerste successen van deze Geelse combinatie konden worden opgetekend. En wel op de Koninginnevlucht Barcelona. De afgelopen twee jaar zijn de successen van deze familie verder uitgebreid metname op deze Spaanse vlucht. De laatste weken heeft u veel info gehad van deze Belgische duivenfamilie. Dit keer het slotstuk met o.a. de kweekmethode …
De kweekmethode
Zoals u heeft kunnen lezen is de stam van de Geelse Combinatie opgebouwd met duiven van: Frans Belleter uit Nispen (hoofdmoot), Gerrit Veerman uit Volendam, Jan Peters uit Bemmel, Gebr. Maas en zn uit Zundert, Marlon Kok uit Ransdorp, Peter Wustmans uit Gelderen, Raf en Lars Luycks uit Geel, Tony Martens uit Lummen, Paul Taels uit Geel en Meulemans-Damen uit Arendonk. Carlo: ‘Ik ga hier van proberen een eigen stammetje van te maken. Ik kweek eerst met goed x goed. Daarna wordt met de beste lijnen lijnenteelt en inteelt gedaan. Naar een goede vlieger vader x dochter, moeder x zoon, halfbroer x halfzus. Ik probeer het uiteindelijk zo: twee ingeteelde en niet verwante duiven tegen elkaar of drie van de vier grootouders aan elkaar verwant en één niet verwante ingeteelde duif. Ik denk wel dat je een beetje geluk niet mag uitsluiten. Er word veel gekweekt, maar er worden meer slechte duiven dan goede gekweekt. Er wordt bij ons met 20 kweekkoppels gekweekt.’
Het seizoen
Het komende seizoen wordt er gestart met 22 weduwnaars (2 jaarse en ouder), 14 duivinnen (2 jaarse en ouder) en 50 jaarlingen. De weduwnaars en kwekers worden begin maart gekoppeld. De eieren van de kwekers worden onder de weduwnaars gelegd en brengen deze groot. Van een paar van de beste weduwnaars worden jongen behouden. Bij een ouderdom van 16 dagen gaat de duivin met de jongen van het hok en zitten de doffers op weduwschap. De jaarlingen worden gescheiden op geleerd tot 550km en zo gekoppeld dat ze beide op 10 dagen broeden kunnen worden gespeeld op de fondvluchten van 600-800km. Dit zijn allemaal ochtendlossingen. De jaarlingen vliegen 1 of 2 van deze wedvluchten. Zij worden in februari tweemaal 6 dagen en nachten in verzendingsmanden geplaatst. Dit om te leren eten en zeker drinken in de mand. Carlo: ‘We hadden verschillende keren ondervonden dat de duiven dorstig thuis kwamen van de eerste maal twee nachten mand. Tot 500km krijgen ze maar één nacht mand. Deze dorst behoort sinds deze methode tot het verleden.’
De afstanden van de Marathonvluchten zijn voor de Comb. Binnemans-van de Weyer (30-40 km verder dan Zuid Limburg en Zeeuws Vlaanderen):
Agen 842km
Marseille 899km
Narbonne 905km
St. Vincent 958km
Pau 961km
Perpignan 964km
Barcelona 1106km
Als opleiding naar deze marathonvluchten krijgen de oude duiven: eenmaal 120 km, tweemaal 225 km, een- of tweemaal 385 km en eenmaal 500 km. Dan hebben ze genoeg voorbereiding om alle vluchten de rest van het seizoen aan te kunnen. Tussen de grote marathonvluchten wordt minstens 3 weken rust gehouden. Wel worden de duiven het weekend voor de inkorving ingemand voor een trainingsvlucht van 120km met de vereniging.
De jonge duiven worden heel mondjesmaat ingespeeld. In de zomermaanden krijgen ze een aantal vluchtjes van 120 km. De oudere jongen krijgen zo’n zes trainingsvluchten en de jongeren wat minder.
De duiven krijgen voer van Van Tilburg uit Zondereigen. Ze krijgen in het seizoen de gewone sportmengeling. Naast het voer krijgen ze producten van Vincent Schroeder (Aminozuren, Edelolie en Conditiepoeder) en Clineetril van BCS. De duiven worden allen in het najaar behandelt met Trimazine 30% tegen parathypus. In januari krijgen ze een combi-enting tegen paramixo en herpes. Tijdens het broeden krijgen ze een geelkeur met Tricho-groen. De duiven worden niet standaard gecontroleerd. Als ze het niet vertrouwen wordt Vincent Schroeder bezocht. Carlo en de zijnen hebben een voorkeur voor het behandelen met Medicamenten. Carlo: ‘Medicamenten van de dierenarts zijn bewezen en geteste producten, die onmiddellijk werken. Natuurproducten hebben wat meer tijd nodig om de ziekte te bestrijden. Als je ze al kan bestrijden met natuurproducten, maar de mensen die zich hier bij goed voelen en GOED spelen zou ik zeggen DOE ZO VERDER.’
Beleving van de duivensport
Duivensport is voor Carlo, Staf, Simonne en Liesbet een intensieve hobby, waar ze ook veel plezier aan beleven. Carlo: ‘Het is net een voetbalclub … je bent trainer, verzorger, zoekt betere duiven en natuurlijk ben je sponsor. Samen met mijn broer Staf, zijn vrouw, mijn vrouw en dochter proberen we goede resultaten neer te zetten. Het thuiskomen van de duiven van een wedvlucht is het mooist. De vriendschappen met andere liefhebbers maakt de duivensport een leuke en gezellige sport. De steun voor nieuwe liefhebbers kan wel wat beter. Veel worden aan hun lot overgelaten.’
Heb je nog een leuke anekdote? Carlo: ‘Omtrent het winnen van de Gouden Vleugel 2015 … de duivinnen trainden goed aan huis en werden zaterdag, de dag voor de inkorving, uitgelaten rond 11 uur. Mijn verwondering was groot toen ik thuiskwam van het letten op de midfond bij een vriend. Alle duivinnen waren spoorloos. Rond kwart voor vier kwam het duivinnetje thuis dat later de Gouden Vleugel zou winnen. Tegen half vijf waren ze er weer. Ze waren blijkbaar meegetrokken met duiven van een vlucht. Werd dat de ultieme voorbereiding voor het fantastisch resultaat? We zullen het nooit weten?
Tot Slot
Carlo: ‘Fond spelen was in het begin niet evident (duidelijk, overzichtelijk). Op snelheid en halve fond zijn alle duiven snel thuis. Op de fond is dat anders. Veel geduld heeft men nodig om deze spelsoort te spelen en een stammetje op te bouwen. Het gevolg is dat je automatisch meer duiven houdt. Dat wil ook zeggen meer SLECHTE! Hier een goede raad die ik kreeg van Frans Belleter uit Nispen bij mijn eerste bezoek september 2007 … Frans Belleter gaf mij het advies om een dag naar de zee te trekken als de fondduiven, onze laatjes van 2007, voor de eerste keer Quievrain zouden vliegen. Als melker sloeg ik die goede raad natuurlijk grandioos in de wind. Ik zal het nooit vergeten. We hadden 17 duiven mee normale wedvlucht. ‘s Morgens gelost en ’s avonds waren amper 5 duiven thuis. We keken er naar met grote ogen en belden met Frans. ‘Ik ben al afgebrand,’ zei ik. ‘Ben je niet naar de zee gegaan,’ vroeg Frans. ‘Morgen om tien uur moet je gaan tellen’, suste Frans. Ik kon bijna niet slapen en stond al vroeg bij het kot. Om kwart voor zeven in de ochtend was alles terug. Onbegrijpelijk voor een vitessespeler … hier had en heb ik ook geen verklaring voor.’
Carlo, Staf, Simonne en Liesbeth bedankt voor jullie uitgebreide informatie over hoe jullie je duiven brengen naar de belangrijke vluchten en vooral de vlucht Barcelona. Veel succes het komende kweek- en vliegseizoen! Het laatste woord is aan jullie: ‘Voor 2018 wensen wij u allen (lezers van Het Marathonduivenjournaal) een vruchtbaar kweekseizoen en een succesvol vliegjaar!’
Recente reacties